Contrast
A A
Tekstgrootte
A A A
Gepubliceerd op 27 februari 2018

Wijzigingen in uw pensioenreglement

In het PensioenKompas van februari 2018 vindt u de recente wijzigingen in uw pensioenreglement. Er zijn twee aanvullende wijzigingen doorgevoerd. Het deelnemingsjarenpensioen (DJP) is aangepast aan de stijgende AOW-leeftijd. De hoogte van het partnerpensioen bij inkomende waardeoverdracht naar Bpf Koopvaardij is ook aangepast, zodat de oorspronkelijke verhouding tussen ouderdomspensioen en partnerpensioen behouden blijft. Waardeoverdracht is het overdragen van opgebouwd pensioen van de ene pensioenuitvoerder naar een andere pensioenuitvoerder.
 
Aanpassing deelnemingsjaren en leeftijd DJP
Met het DJP kunnen werknemers die meer dan 40 jaar pensioen hebben opgebouwd (deelnemingsjaren), eerder met pensioen. Hierbij geldt dat het pensioen niet meer dan 70% van het laatst vastgestelde pensioengevend salaris mag zijn. De deelnemingsjaren en de leeftijd waarop gebruik gemaakt mag worden van het DJP, zijn gekoppeld aan de jaarlijkse stijging van de AOW-leeftijd. Deze is in 2018 gestegen naar 66 jaar. Daarom is het aantal deelnemingsjaren verhoogd naar 41 en de leeftijd voor het DJP verhoogd naar 64 (in 2017 was dit 40,75 en 63,75 jaar).
 
Hoogte partnerpensioen na waardeoverdracht
Als u opgebouwd pensioen van een ander pensioenfonds meeneemt naar Bpf Koopvaardij (waardeoverdracht), is de totale waarde van uw pensioen voor en na waardeoverdracht hetzelfde. Per 1 januari 2017 is de opbouw van het partnerpensioen bij Bpf Koopvaardij veranderd en is een deel op risicobasis meeverzekerd. De opbouw van het partnerpensioen is van 70% van het ouderdomspensioen gewijzigd naar 24% op opbouwbasis en 46% op risicobasis*. Bij waardeoverdracht zou u met deze verhouding meer ouderdomspensioen en minder partnerpensioen krijgen in de totale waarde. Daarom wordt de hoogte van het partnerpensioen dat naar Bpf Koopvaardij overgedragen wordt, altijd aangepast naar 70% van het bijbehorende ouderdomspensioen. Hiermee blijft de verhouding tussen ouderdomspensioen en partnerpensioen van de inkomende waardeoverdracht behouden.
 
* Het deel dat u opbouwt (24% van het ouderdomspensioen) blijft staan voor uw partner ook als u niet meer in de koopvaardij blijft werken of met pensioen gaat. Het deel op risicobasis (46% van het ouderdomspensioen) vervalt bij uitdiensttreding of pensionering. Meer weten over partnerpensioen?